donderdag 20 september 2007

TICER Digital libraries à la Carte

Alweer enkele weken geleden heb ik een berg aardige zaken gehoord tijdens de TICER Summer School in Tilburg. Vier van de vijf dagen was ik daar en heb 15 presentaties bijgewoond. Het gemiddelde niveau was redelijk hoog, de discussietijd en partcipatie groot en de organisatie uitstekend. Ik zal hier niet alle presentaties volledig bespreken, maar pik de krenten uit de pap. Op de TICER site staat het volledige TICER 2007 programma, vaak compleet met papers en presentaties. Voor de Utrechters: ik heb ook een map met print van vrijwel alle presentaties.


John Wilbanks van Science Commons sprak behalve over copyright vooral ook over repositories. Aardig daarbij vond ik de suggestie, vast niet nieuw, van overlay journals. Dit zijn fictieve tijdschriften op basis van losse artikelen die in een of meerdere repositories zitten. Ik vraag me af hoe wetenschappers hier zelf over denken, wat er nu al is en wat de meerwaarde is ten opzichte van (her)groepering van artikelen via wetenschappelijke store-and-share sites als Connotea en CiteUlike.


Britte Christensen-Dalsgaard van de State and University Library Aarhus deed verslag van een onderzoek onder gebruikers (met een klein en, maar wel diepgaand, met dagboekjes e.d.). Aantrekkelijk vond ik de indeling van gebruikers in bepaalde typen en het evalueren en baseren van diensten daarop. De onderscheiden typen waren drive-in-user (schatting 85%), worker-bee (10%) enlibrary-enthusiast (5%). Deze categoriën lijken mij nog wel wat grof om echt nuttig te zijn. Ik zou wel eens uitgezocht willen zien welke typen onderzoekers en studenten er zijn naar gelang kenmerken van hun informatie-workflow inclusief gebruik van ICT en webtools. Dat is interessant voor ons, maar ook voor IVLOS en faculteiten. Ik zal mijn gedachten daarover binnenkort eens iets verder uitwerken.


Peter Binkley van de University of Alberta ging in op alle mogelijkheden om de catalogus beter te laten functioneren. Daar zijn wij zelf natuurlijk ook al uitgebreid naar aan het kijken. Hij legde wel vij veel nadruk op het fundamentele probleem van de beperkte hoeveelheid data om relevance ranking op te baseren. Daarnaast was hij erg enthusiast over faceted search en gaf daarvan nog een paar aardige voorbeelden, zoals het heel mooie maar ook erg uitgebreide faceted search systeem Blacklight van de University of Viginia Libraries. Binkley had ook de voor mij nieuwe karakterisering van web 2.0: Web 1.0 was the human readable web, Web 2.0 is the machine readable web. Tenslotte brak hij een lans voor "place your resources where your users live". Dat betekentdat je zorgt dat je bij je belangrijkste zoeksystemen een link hebt met "plaats een ... zoekbox op uw eigen site". Willen wij catalogus of Omega zoekboxen op facultaire sites, intranetten, WebCT/Blackboard, Netvibes en iGoogle? Waarom niet?


Sakai is software waar ik me al langer eens in wilde verdiepen. Dat dat nu voor mij gedaan werd is het prettige van dit soort bijeenkomst. Chuck Severance, de directeur van Sakai legde uit hoe deze open source software werkt en voor wat voor instellingen het interessant is. Qua mogelijkheden houdt Sakai het midden tussen e-learning systemen als Blackboard en webplatforms als Sharepoint. Het is open en goed aanpasbaar aan locale eisen. Er zijn nu enige honderden instellingen die Sakai gebruiken. Ik vermoed dat dit gezien keuzes van ICT-UU voor Utrecht een voorlopig gepasseerd station is. Of dat station goed bekeken is weet ik niet.


Peter Doorn, voormalig geograaf-collega en nu bij DANS sprak over het belang van en de mogelijkheden tot opslaan en delen van onderzoeksdata. Technisch en qua rechten is dat lastig. Bovendien moeten datasets dan ook een identifier hebben, zodat er naar verwezen kan worden. Toch gebuert er nu al veel. In de sideline refereerde hij aan iets aardigs: Swivel, een soort YouTube voor datasets: minder sexy, maar voor de wetenschap wellicht wel praktisch.


Dat we niet genoeg kunnen doen aan een goede exposure van diensten en producten in de zoekmachines en sites als Wikipedia wist ik wel, maar Joan Lippincott van de Coalition for Networked Information herinnerde ons gelukkig aan een recent artikel in DLib over het effect van linking van digitale collecties in Wikipedia uitgevoerd door de Unviersity of Washington Library. Het gebruik steeg gigantisch. Een aanrader voor onze schitterende digitale collecties.

Stimulerend waren de verhalen van Anne Bell (university of Warwick) over learning enviroments. Zij gaf voorbeelden van Glasgow, Sheffield en Warwick waar fysieke aanpassingen van bibliotheken samengingen met innovatie van de dienstverlening. Daar heeft men zich gerealiseerd dat de bibliotheek zou moeten verschuiven van 'centre of the campus' naar 'centre of student learning'. De fysieke leeromgevingen (learning spaces) die zijn gecreëerd bieden het gehele spectrum van koffieruimte tot afgesloten plekken voor langdurige studie in stilte, maar het grootste deel is voor gemengd sociaal en studiegebruik waar studenten op dezelfde plaats kunnen werken, studeren, overleggen en kletsen in ruimtes die heel weining star zijn. Het adagium is "make it their space". Dat dit in het VK (en de VS) dan vaak 24/7 kan verbaast mij altijd, daar wil ik wel eens wat meer over horen. Het innovatieve van de dienstverlening was het inzetten van herkenbare studenten als assistenten die medestudenten ondersteunen met vragen over Office en het vinden en verwerken van bronnen. Na aanvankelijke argwaan bij informatiespecialisten bleek het goed te werken, omdat studenten minder schroom hebben een medestudent aan te schieten. De vernieuwing zat ook in de samenwerking met IT-support en computerleerzalen. De ambulante assistenten dragen ook bij aan de sociale controle en het intensiveren van contact tussen student en bibliotheek. Even vrij doordenekend zou je op de desktop van UB-computers een mogelijkheid kunnen maken op die ambulante assistenten op te piepen met behulp van sms of iets dergelijks. Iets dat ook goed werkte en heel flexibel inzetbaar blijkt zijn digitale informatieborden in de belangrijkste ruimtes. Hierop kunnen actuele berichten, ondersteuning van bewegwijzering, algemeen (universiteits)nieuws en gerichte promotie van bronnen worden afgewisseld.

Uiteraard was er nog veel meer met boeiende ideeën over gaming, screensavers, meer visuele websites, het niet denken in collecties maar in vakgebieden, het bijbrengen van noties over auteursrecht door studenten zelf mash-ups te laten maken, dure maar drempelverlagende chatbots en wat al niet meer ....

Jeroen

7 opmerkingen:

Anoniem zei

Leuk! Een mooie bak met interessante ideeën. Ik vind het vooral luk om te kijken of we iets over onze ubu collectie en dienstverlening op wikipedia moeten zien te krijgen. Daar is denk ik veel mogelijk.

WoW!ter zei

Ik denk dat de opmerking van Binkley over machine readable web niet echt nieuw was. In feite is dat de AJAX en API kant van Web 2.0. Wel is het zo dat die discussie in library 2.0 vaak vergeten wordt. De L2 discussie gaat vaak alleen over social software gaat.
Aardige kreet van Demspey in dit kader vindt ik altijd "making data work harder"

Unknown zei

...en niet te vergeten XML/RSS natuurlijk. De kreet "machine readable web" komt volgens Google Blogsearch maar in 18 berichten voor, oudste uit 2005...

Natalie Zuiverloon zei

Dank je wel voor het delen van de mooie ideeën. Ik ben erg benieuwd naar je verdere uitwerking van welke typen onderzoekers (ook docenten?) en studenten in relatie tot kenmerken van hun informatie-workflow inclusief gebruik van ICT en webtools. Interessant voor een nog betere dienstverlening/ontwikkeling van producten/diensten op maat.

Eric zei

Toen ik eerder dit jaar op deze blog al eens over Sakai begon, kreeg ik ook al te horen dat dat een "gepasseerd station" zou zijn. Maar zolang een trein niet geheel tot stilstand komt of in een ravijn stort, komt er toch altijd weer een volgend station ... ;-)

Marina Muilwijk zei

Willen wij catalogus of Omega zoekboxen op facultaire sites, intranetten, WebCT/Blackboard, Netvibes en iGoogle? Waarom niet?

Als gebruiker zou ik zeggen: "ik wil wel graag weten waar ik vanuit mijn eigen omgeving rechtstreeks in kan zoeken, maar ik wil de mogelijkheid hebben om die zoekboxen onzichtbaar te maken". Je hebt anders kans dat je een scherm krijgt met een heleboel zoekboxjes, waarvan je er maar 2 of 3 echt gebruikt. De rest wil je dan het liefst verbergen.

Unknown zei

Ha Marina,

bij Netvibes en iGoogle heb je het natuurlijk zelf in de hand. In de andere gevallen zullen de webmasters of paginabeheerders inderdaad terughoudend moeten zijn en per pagina een goede keuze moeten maken. Voorwaarde voor beide is natuurlijk dat wij het makkelijk maken met widgets (of hoe heten die dingen?) voor Omega of de catalogus of DARE. Lijkt me leuk om eens mee te experimenteren.