dinsdag 28 augustus 2007

Over Institutionele Repositories en DSpace

In het nieuwste nummer van Ariadne stonden nogal wat artikelen over Institutional Repositories (wel even wennen trouwens dat IR daar ineens geen information retrieval meer betekent).
Eén van die artikelen, van Dana McKay, ging nader in op usability issues. Dat DSpace niet zo'n handig programma voor auteurs en andere invoerders is - niet echt nieuw voor ons - werd ook hier nog weer eens bevestigd, met verwijzing naar andere onderzoekjes (1, 2). Het concurrerende product ePrints kwam er overigens nauwelijks beter af.

Daarnaast werd ook (voor het eerst?) naar de potentiële gebruikers van repositories gekeken. Dat de kwaliteit van de eigen zoeksystemen van repository-software daarbij ook niet hoog scoorde, mag waarschijnlijk evenmin een verrassing heten. Interessanter was dat men zich ook eens afvroeg of wetenschappelijke informatiezoekers eigenlijk wel op aparte repositories zitten te wachten. Niet dat ze tegen de Open Access gedachte zouden zijn. In tegendeel zelfs. Maar hoe weten ze dat die IR's er zijn? Hoe weten ze waar ze zijn? Hoe weten ze dat er voor hen interessant materiaal in zou kunnen zitten? Waarom zouden ze, naast allerlei voor hen essentiële bestanden, ook nog eens apart gaan zoeken in het IR van hun eigen instelling of dat van een andere instelling?

Nadrukkelijk werd daarom gesteld dat je vooral moet zorgen dat het materiaal uit jouw repository ook komt te zitten in de systemen waarin gebruikers toch al zoeken. Of de overkoepelende systemen van DAREnet, OAIster of Scientific Commons daar ook al toe horen, waag ik vooralsnog te betwijfelen. Maar wel natuurlijk Google Scholar. Al bevestigde ander onderzoek wat Jeroen Bosman ook al gemerkt had bij zijn gebruikersonderzoek voor Scirus, namelijk dat Scholar bij wetenschappers helemaal niet zo extra geliefd is als wij wel eens geneigd zijn te denken. Vooral dus wel ook in de gewone Google.

En dit naar de Utrechtse situatie vertalend: het moet dus zeker ook in Omega zitten. We deden het dus al goed zonder het artikel van McKay gelezen te hebben.


PS:
Overigens heb ik bij die gewone Google wel een beetje mijn bedenkingen bij het nut daarvan. Komt dat materiaal uit het eigen repository daar werkelijk bovendrijven tussen die 40 miljard andere documenten en webpagina's waarin Google zoekt?

Geen opmerkingen: